zaterdag 2 april 2011

Met het echte leven heeft de filosofie niet veel op

Met het echte leven heeft de filosofie niet veel op

Misschien moest het wel een vrouw zijn die beter dan al haar mannelijke wijsgerige collega's erin slaagde om 'het echte leven' aan de orde te stellen. De Duits-Amerikaanse filosofe Hannah Arendt (1906-1975) beschreef al in de jaren vijftig van de vorige eeuw op onovertroffen wijze de Vita Activa, het dagelijkse actieve leven dat mensen leiden.
Tot op dat moment hadden filosofen daar bitter weinig aandacht aan besteed. Zij hielden zich vooral bezig met de Vita Contemplativa, het beschouwende leven van de geest. Volgens hen betrof het hier een 'echtere' werkelijkheid dan de vele verschillende bezigheden die mensen in de materiële wereld verrichten. In deze werkelijkheid voelden de professionele denkers zich dan ook thuis, hier lagen de waarheden en absolute ideeën die zij zochten. Meer dan twintig eeuwen lang was de wijsbegeerte hier vooral op gericht.
Er was dus ongetwijfeld een zekere moed nodig om 'het echte leven' tot onderwerp van de Maand van de Filosofie - gisteren begonnen - uit te roepen. Want wat wij tegenwoordig als het echte leven ervaren, staat in sterk contrast met wat traditioneel als 'echte filosofie' werd gepresenteerd. Naar die echte filosofie kunnen we volgens Arendt niet terug. De begrippen ervan zijn versleten, de criteria die zij ons aanreikt om ons in de hedendaagse wereld te oriënteren, voldoen niet meer. De breuk met de wijsgerige traditie is niet meer te repareren; een beroep op de 'absolute geestelijke waarden' uit het verleden, zoals Rob Riemen doet in zijn beschouwing over 'De terugkeer van het fascisme' klinkt hol.
Wat heeft de wijsbegeerte dan toch nog te bieden voor de vele vragen in het echte leven'?

Lees meer in Trouw>>

Geen opmerkingen:

Een reactie posten